1. Kunsteducatieve functie

© Walter Roozendaal - www.muzemuzette.com - klik hier voor meer informatie

Inhoudelijk referentiekader

In de begeleiding wordt ingegaan op de eigenheid van de afzonderlijke voorstelling, waarbij aandacht wordt gegeven aan alle theatrale (muzikale) tekens. Bijvoorbeeld: tekst/compositie en/of inspiratiebron, het geluid/de muziek, de speelstijl, de vormgeving, het verhaal, het thema, de instrumenten, hun rol in het geheel.

Theatraal referentiekader

Er worden vragen beantwoord over de context en de conventies van het theaterbezoek (concertbezoek). Bijvoorbeeld: wat is theater/een concert, wat komt er kijken bij het maken ervan, hoe is de wisselwerking tussen spelers/muzikanten en publiek, hoe gedraag je je tijdens de voorstelling?

In mijn eigen lesbrieven

Ik probeer leerkrachten vaak zo min mogelijk te belasten met wat er vooraf met een klas voorbereid moet worden. Natuurlijk bied ik ze graag meer aan, maar ik vertel ook wat er minimaal nodig is om de voorstelling te laten slagen. Zoals het volgende voorbeeld:

Verwachtingen van de leerlingen

Het is belangrijk dat de leerlingen een juiste verwachting van een verhalenvoorstelling hebben. Walter Roozendaal is een soort toneelspeler, alleen is hij alléén. Hij vertelt dus in z’n eentje het verhaal, maar als je goed kijkt zie je dat hij alle rollen uit het verhaal ondertussen wel uitbeeldt. Je kan dus steeds zien en horen wie er aan het woord is.
Er is geen decor. Walter gebruikt maar heel weinig ruimte, hij zou het verhaal bijna op één vierkante meter kunnen vertellen.
Verder speelt hij tussendoor muziek die bij de verhalen past.

Dit voorbeeld valt onder het 'inhoudelijk referentiekader'.

De Drie Theaterregels

Van belang zijn de Drie Theaterregels:

  1. Vóór de voorstelling plassen
    Walter Roozendaal begint liever iets later dan dat er kinderen tijdens de voorstelling weg moeten lopen....
  2. Tijdens de voorstelling anderen niet storen
    Natuurlijk mag je lachen — maar wanneer je met elkaar er doorheen gaat praten kunnen anderen niet meer van de voorstelling genieten...
  3. Na de voorstelling klappen

Dit voorbeeld valt onder het 'theatraal referentiekader'.