2.3. Speel een circusnummer

© Walter Roozendaal - www.muzemuzette.com - klik hier voor meer informatie
  • Helpt de muziek je om de act te spelen?
  • Werk aan vergroot, duidelijk spel: hoe groter en duidelijker de expressie, hoe groter de beleving.
  • Pantomime, d.w.z. de muziek maakt het geluid!

Luisteren

MUZIEK 10: "The two imps" van K. J. Alford.

  • Bedenk drie circusacts, die op deze muziek zouden kunnen.
  • Eventueel: Herhaal de vragen van 2.1. over de kenmerken van circusmuziek.
  • Verzamel enkele ideeën voor circusacts.

Klassikaal

  • Kies één van de ideeën als voorbeeld. Alle leerlingen spelen het idee, als pantomimesolo op de muziek. Stimuleer dat ze dat met een zo groot mogelijke inzet doen.
  • Aanwijzingen om de totale lichamelijke betrokkenheid te vergroten helpen daarbij. Bijvoorbeeld:
     
    • hoe doen je benen mee?
    • hoe is de stand van je hoofd?
    • wat voor een gezicht trek je er bij?
  • Of via een andere invalshoek:
    • waar kan je aan zien dat je een koorddanser bent?
    • kan je dat dan nog twee keer zo duidelijk laten zien?

Een geliefd voorbeeld op deze muziek is het jongleren met ballen. Aandachtspunten daarbij zijn:

  • Doe het in een haalbaar tempo. Sommige kinderen willen precies twee keer te snel.
  • Laat de handen niet verkrampen in een nietszeggend gebaar: elke keer dat je de bal opgooit gaat de hand actief open; bij het opvangen sluit de hand zich om de bal.
  • Waar kijk je naar? Maar de ballen, of juist niet? Of allebei?
  • Het hele lichaam beweegt soepel heen en weer, naar achteren en naar voren. Daarvoor moeten de benen ook actief mee kunnen doen.

Klassengesprek

  • Helpt de muziek je? Hoe?
  • Hoe zou het zijn als je niet de muziek had? Hoe gebruik je de muziek? Bijvoorbeeld:
     
    • alleen als sfeermaker?
    • alleen het ritme?
    • ook andere momenten uit de muziek?

Eventueel

  • Nummer drietallen af.
  • Ieder kiest een act om te spelen op de muziek.
  • Laat je act op de muziek zien aan de andere twee. Die doen de act na. Help elkaar om het nog leuker, spannender, mooier te maken.
  • Enkele drietallen laten de act van één van hen zien. Of:
  • Alle nummers 1 laten hun act zien, de rest kijkt toe. Daarna de andere nummers.
  • Kan je van elkaar ook zeggen hoe de muziek gebruikt wordt?

Extra les

  • Subgroepjes maken complete circusacts, zodat er een hele voorstelling ontstaat.
  • U kunt hiervoor ook muziek 8 t/m 13 gebruiken.